Raalte-historie
Geloofsgemeenschap Raalte.
Tot 2017 bestonden er in Raalte 2 levendige geloofsgemeenschappen te weten de H. Paulus en de H. Kruisverheffing. Vanaf 2017 zijn de 2 geloofsgemeenschappen samen gegaan als de geloofsgemeenschap Raalte en deze telt ruim 6.000 parochianen.
Historie H. Paulus
In 1959 zijn er plannen om Raalte dorp met een nieuwe wijk uit te breiden. Bij die plannen werd direct grond gereserveerd voor een school en een kerk. De school kwam er al heel snel en kreeg de naam Paulusschool. De pastoor van de Kruisverheffing, toen voorzitter van het schoolbestuur, dacht daarbij misschien wel aan Paulus-buiten-de-muren, want de school en de grond voor de kerk lagen toen net buiten de kom van Raalte.
In 1963 werd door het bisdom een bouwpastoor benoemd, pastoor G.B. Spanjer, om in Raalte de nieuwe kerk te bouwen. Deze pastoor vond de heilige Paulus een prima patroonheilige voor de kerk. Vandaar de naam Pauluskerk. Een bouwpastoor moest in die tijd nog zelf heel wat geld bij elkaar bedelen’ om alles rond te krijgen. In 1966 was het gebouw klaar en werd de kerk geconsacreerd.
Het gebouw is echt een gebouw uit de jaren zestig. Het architectenbureau Sluymer uit Enschede ontwierp het gebouw. Vooral eenvoudig, maar zeer geschikt voor de vernieuwingen van na het Tweede Vaticaans concilie. Het kerkgebouw moet een ontmoetingsplaats zijn om samen liturgie te vieren.
Het altaar staat midden in de ruimte met daarboven een lichtkoepel, waardoor het altaar nog meer centraal lijkt. De koren staan niet meer te zingen vanaf een ‘zolder’, maar vlak achter het altaar, waardoor ze meer betrokken worden bij de liturgie, maar waardoor ook de gemeenschap meer uitgenodigd wordt om mee te zingen. Bij een kerk hoort een toren, vonden vele parochianen. Dus werd er een aktie op touw gezet om op allerlei manieren geld te verzamelen. En de toren kwam er, met maar liefst vier klokken! De pastorie werd aan de kerk gebouwd, zodat ook de pastoor een eigen onderkomen had.
In de loop der jaren is de doopkapel verfraaid. Een schildering achter de doopvont en een rol waarop de namen van dopelingen staan geschreven. Er hangen ‘waterdruppels’ met de namen van dopelingen van één jaar. Maria heeft een mooie ruimte gekregen, waardoor mensen even in stilte daar kunnen vertoeven. En ook is er een hoek gecreëerd om een gedachteniskapel te maken. Daar worden de kruisjes gehangen met de namen van overleden parochianen. De Mariakapel kan met behulp van gordijnen nu ook dienst doen als rouwkapel. Na de uitvaart kan deze demontabele rouwkapel weer Mariakapel worden.
In 2006 bestond de Paulusparochie 40 jaar. Dat is door het jaar heen gevierd met verschillende activiteiten. In 2016 bestond de Pauluskerk 50 jaar. Ook dat werd door het jaar heen gevierd met verschillende activiteiten en ook werd er in dat jaar ter ere van 50 jaar Pauluskerk een prachtig boek uitgegeven.
Op 3 oktober 2021 is de Pauluskerk tijdens een feestelijke slotviering aan de eredienst onttrokken. Het was een prachtige viering met als titel ‘Als muren konden praten’. Het was een viering met een lach en een traan. Verdrietig omdat de kerk na vandaag definitief dicht gaat maar ook was er een gevoel van dankbaarheid voor het vele goede dat er in de Pauluskerk de afgelopen 55 jaar is gedaan. In de overweging kwam pastoor Cornelissen terug op de titel van het misboekje: ‘Als muren konden praten’. Hij verwees daarbij naar de vele blijde maar ook droevige momenten die hebben plaats gevonden in deze Pauluskerk. De kinderen die er zijn gedoopt, die er hun eerste heilige communie hebben gedaan en die gevormd zijn en ook de huwelijken die er zijn gesloten. Maar ook naar de mensen die de kerk zijn uitgedragen. Ook roemde hij de vele werkgroepen die actief waren in de Pauluskerk en waarin ieder zijn talenten gebruikte en dat dit goede werk zeker niet verloren mag gaan. De Paulusparochianen moeten zich niet alleen welkom voelen in de Heilige Kruisverheffing, maar er moet samen gebouwd worden aan een ‘nieuwe’ katholieke geloofsgemeenschap in Raalte.
Aan het einde van de viering werd het altaar afgeruimd en de altaar kaarsen gedoofd. Daarna werd in de uittocht de ciborie met het allerheiligste, maar ook de doopboeken, huwelijksboeken, de boeken van de overledenen, de paaskaars en het relikwie uit de altaartafel naar buiten gedragen. Het laatste bloemetje ten teken van meeleven vanuit de Pauluskerk is meegedragen door de familie Spanjer, om dit op het graf van pastoor Spanjer te plaatsen.
Tijdens de uittrede en het zingen van het lied ‘Pelgrimstocht der Mensen’ kregen velen een brok in hun keel en pinkten een traantje weg en beseften nu heel goed dat dit toch echt het einde is van een geweldig tijdperk van 55 jaar Pauluskerk.
Na de viering was er in de kerk voor Paulusparochianen en genodigden koffie met broodjes en daarna nog een borrel, en is er nog lang nagepraat in een ontspannen sfeer. Het gaf aan hoe hecht de Paulusgeloofsgemeenschap was en hoe fijn we het met elkaar hebben gehad. Laten we hopen dat we dat gevoel en die basis meenemen en elkaar blijven ontmoeten, waar dat ook mag zijn en hoe het er in de toekomst ook uit gaat zien.
Historie H. Kruisverheffing
Het ontstaan van de parochie
De eerste gegevens over een kerk in Raalte gaan terug tot begin 12e eeuw. Het oudste document over een kerk in Raalte is een oorkonde uit 1123. Op de plaats van de huidige Plaskerk stond de zogenoemde kleine houten kerk van Lifgerus. In 1425 werd op deze plek een nieuwe katholieke kerk gebouwd. Met de komst van de reformatie in de 16e eeuw werden alle uitingen van het katholieke geloof verboden. In 1580 verviel de Plaskerk aan de protestanten. Het werd een moeilijke tijd voor de katholieken.
In de 17e eeuw werd door de Jezuïeten in Raalte een missiestatie opgericht. In 1751 gaven de Ridderschap en Steden van Overijssel toestemming voor de bouw van een schuurkerk in Raalte op den Heemen. In 1756 werd Wibrandus Kok pastoor van deze kerk. Alle doop-, huwelijks- en begrafenisboeken vanaf 1756 zijn bewaard gebleven. Uit dat jaar stamt ook het oudste doopboek dat onze parochie bezit.
Door de Franse revolutie kwam er vrijheid van godsdienst. Naar verluidt heeft Lodewijck Napoleon, op doorreis door Raalte, aan de katholieke kerkmeester gezegd “Het dorp zal in zijn midden ook een kerk met toren hebben.” In1798 werd afgezien van het terugvorderen van de kerk, omdat er te veel herbergen en kroegen in het dorp waren. De katholieke boeren en dorpelingen konden het vele jaren niet met elkaar eens worden over de plek waar een nieuwe kerk met toren moest worden gebouwd. Uiteindelijk bracht brand in de schuurkerk uitkomst. Voorlopig kerkte men in een schuur van Jorink, gelegen in het dorp. Na ongeveer 40 jaar onenigheid werd besloten een kerk in het dorp op de Bartelskamp te bouwen. De kosten werden begroot op f 20.750,-. Om kosten te besparen kwamen kerk en pastorie onder één dak. Het werd een zgn. waterstaatskerk die door de Provinciale Waterstaat werd ontworpen Toen Thorbecke in de 19e eeuw aan de macht was, kwam er een nieuwe grondwet meer vrijheid van godsdienst. Dat leidde o.a. tot het herstel van de bisschoppelijke hiërarchie in Nederland. Op 2 maart 1855 richtte Mgr. Zwijsen, bisschop van Utrecht, de parochie Raalte op onder de titel “het heilig Kruis”. Men zette zich in voor de bouw van een nieuwe kerk. Na vele strubbelingen gaf het gemeentebestuur in 1891 toestemming voor de bouw. Architect Tepe werkte de plannen voor een nieuwe kerk verder uit. Nog in datzelfde jaar werd met de bouw begonnen. In 1892 was de kerk klaar. In de loop der jaren zijn er diverse keren veranderingen aangebracht.
Aan het kerkgebouw is door de Romeinse Congregatie voor de Goddelijke Eredienst op 25 april 1992 de eretitel van basilica minor toegekend. Kardinaal Simonis heeft de verheffing tot basiliek geproclameerd in de viering rond het honderdjarig bestaan van de kerk.
Op 12 januari 1993 werd een wapen verleend met de beschrijving: “Doorsneden; I in sabel, schuin gekruist een conopeum van goud, waarvan het scherm gebaand van goud en keel, met volants van hetzelfde, om en om, en een tintannabulum van goud, waarin een klokje van zilver; II gedeeld; a in azuur , een Latijns klaverkruis van goud; b in sabel een kruis, in elk kwartier vergezeld van een korenaar, alles van goud. Devies : IN HOC SIGNO VINCES in zwarte letters op een wit lint.” Rechts onder het wapen van Raalte.
IN HOC SIGNO VINCES : Latijn voor In dit teken zult gij overwinnen, is een spreuk die teruggaat op de Romeinse keizer Constantijn de Grote en betrekking heeft op diens bekering tot het christendom.
Volgens zijn biograaf Eusebius van Caesarea zou Constantijn, voorafgaand aan de Slag bij de Milvische Brug in 312, een visioen gehad hebben van een oplichtend kruis aan de hemel, met het Griekse opschrift τούτῳ νίκα, ‘in dit, overwin. Daarna zou Christus in een droom aan de keizer verschenen zijn, om hem uit te leggen dat hij het teken van het christendom tegen zijn vijanden moest inzetten; dit zou voor Constantijn de reden zijn geweest om het labarum in te voeren, een veldteken met het Christusmonogram.